donderdag 31 maart 2016

En we klôote mar wir wijer

Oftewel, we gaan maar weer verder. Verder met hobbyen in het huisje op de heuvel. Want om de zoveel tijd komt er een aanbieding in de mail van Wizzair en dan begint mijn hartje weer wat sneller te kloppen.  Want ook al heeft Mario het heel druk met werk, als je voor 36 euro met zijn tweeën van Eindhoven naar Budapest, en weer terug, kunt vliegen, dan moet dat toch maar ergens tussen gepropt kunnen worden. Dus hadden we 5 daagjes Torvaj voor de boeg, van donderdag tot dinsdag. Dat is niet lang, maar o zo fijn om weer even op de heuvel te zijn. Om over je landgoed(je) te lopen en de frisse lucht op te snuiven. Tenminste als ze niet aan het stoken zijn, want dan is de lucht niet zo fris en moet je snel de was binnenhalen.



Mario duu dè ok zo gere, un fikkie stoke. Oftewel, Mario maakt ook graag een vuurtje. Dus dat heeft hij ook deze keer weer gedaan. Door de jaren heen was er een grote houtstapel ontstaan aan de rand van ons bos(je). Maar omdat we daar wat bomen omgedaan hadden, lag die houtstapel nu een beetje midden op het grasveld. Dus heeft hij het goede hout verplaatst en het slechte meteen opgestookt. Een ontspannen klusje voor iemand die normaal gesproken altijd op kantoor zit.

Meteen de eerste dag dat we er waren kwam onze buurvrouw met een tasje met post. Ze kwam even binnen voor een kopje koffie en een praatje. En soms is zo’n praatje nog best wel lastig voor ons. Want ze had het over onze wei, schapen, luzerne, János en over een ander vrouwke. Een beetje een raar verhaal, maar uiteindelijk begrepen we het. Een beetje dan… Ze zou terugkomen met dat andere vrouwke. Ondertussen was ik al aan het fantaseren geslagen. Zouden we schapen in onze wei krijgen? Dat zou toch leuk zijn! Wel de lusten, maar niet de lasten. Onze wei werd eerst altijd Feri, de kroegbaas, bijgehouden. Meestal stond er luzerne op, wat als veevoer voor zijn varkens diende. Maar sinds Feri afgelopen augustus overleed, lag onze wei er ook maar troosteloos bij. Mario had al geopperd dat hij nu toch echt een tractor nodig had om zelf de wei bij gaan te houden. Wat hij er dan mee wilde gaan doen? Geen idee…
Die middag kwamen de dames dus samen aangelopen en wij kenden de mevrouw niet. Nadat we ons elkaar hadden voorgesteld vroeg ik hun binnen voor koffie. En die koffie van ons vinden ze maar raar. Margit zegt altijd dat ze maar een halfje wil. Want in Hongarije drinken ze normaal gesproken espresso. Dus lekkere sterke koffie. Dus zo’n grote kop van dat slootwater vinden ze maar niks. Maar deze mevrouw vond het lekker! Ze bleef het maar zeggen en samen met Margit zat ze zich te verbazen over de grote mok Hollandse koffie. Maar toen, toen moest er weer serieus gepraat worden. En omdat wij er echt niet veel van snapten, besloot Mario om János erbij te gaan halen. Want die was vanmorgen al benoemd, dus wij waren er voor het gemak vanuit gegaan dat hij er nu bij zou zijn. Hij tolkt wel vaker voor ons, als om serieuzere zaken gaat. En dit leek ons best serieus. Toen János er was gingen we maar meteen naar de wei, want daar ging het tenslotte om. Er werd gepraat en gewezen en toen kwam het hoge woord eruit. Of de mevrouw onze wei kan pachten. 


Ze wil er luzerne gaan zaaien als voer voor haar schapen. Jammer, dus geen schapen in de wei. Nee zegt ze, want dan moet het omheind worden en dat is veel te kostbaar. Oja natuurlijk, daar had ik weer niet aan gedacht. De schapen staan gewoon achter haar huis in de wei. Nou wij vinden het een goed plan! Zo wordt de grond weer bebouwd en zij is ermee geholpen. Het gaat dan wel om een periode van een jaar of 4 a’5, want de eerste jaren is het niet veel soeps. Nadat ze weer met János heeft gesproken, vraagt ze een beetje verlegen aan ons wat we er voor vragen. Niks, helemaal niks, zeggen wij. Ze vraagt het nogmaals, en wij zeggen nogmaals niks. Stel je voor zeg…. Nee we zijn blij dat het nu bijgehouden wordt, dus we schudden elkaar de hand en de deal is gesloten. Dan zegt ze dat we lekkere worst van haar krijgen als dank. Wij bedanken haar en ik kan niet anders denken dan, als het maar geen schapenworst is….

Ut waar tog zon skôn weer! Meaning, het was zo’n lekker weertje. En daarom hadden we besloten om de Trabant onder zijn afdekzeil vandaan te halen en hem lekker even uit te laten razen. Dus zijn we lekker naar Siófok gereden om daar een ijsje te gaan eten. 


En als je dan over de nieuwe weg rijdt en het zonnetje schijnt naar binnen, dan ruikt ie nog veel lekkerder als normaal. Ik weet niet of je die geur kent, zo’n typische geur die in een muf oud autootje hangt. Heerlijk vind ik dat! Maar tegen de tijd dat we in Siófok waren aangekomen, was de zon weg en was het echt koud geworden. Maar wij zijn geen watjes, dat ijsje ging er toch wel in hoor.


Maar toch kon je al een beetje de lente proeven, want de struiken beginnen al weer uit te lopen. Ook heb ik de eerste wesp alweer gespot. Hij was nog een beetje loom, kwam denk ik net uit zijn winternestje.



Ik wilde tijdens deze korte break heel graag verder gaan met het stuken van de muur in de badkamer van het gastenverblijf. En dat heb ik ook gedaan, maar klaar is het nog steeds niet. Want ik zeg altijd: och we doen mar wè, we frotten mar wa heene. Wat eigenlijk betekent, we doen het zo goed als we kunnen, maar we zijn geen profs. En dat betekent dat de muren niet helemaal waterpas en strak gemetseld zijn. En dat betekent dan weer dat er soms een dikke laag stuc op moet en soms een flinterdun laagje om het een beetje glad te maken. Want het is toch wel handig dat er gewoon een wastafel en een spiegel opgehangen kunnen worden… En als het allemaal hult-en-bult is, is dat toch een beetje lastig. Dus ik kreeg het niet in één laag zoals ik het wilde hebben. 


En omdat ik dus moest wachten totdat ik de 2e laag erop kon zetten, ben ik verder gegaan met het project mooi raampje. Dat raampje was van origine gewoon rechthoekig. Maar omdat de muur bijna een meter dik is, leek het mij leuk als het raampje schuin toeloopt, zodat het aan de binnenkant groter is. De bovenkant is halfrond geworden. Snap je het nog? Aan de buitenkant een gewoon raampje en aan de binnenkant schuin toelopend met een halfronde boog. Jaja dat had ik mooi bedacht…. Maar het uitvoeren ervan was een ander verhaal. Eerst een malletje gemaakt zodat het overal even schuin was.  Na het weghakken van het leem wilde ik dat aan de binnenkant gaan stuken. Maar je kunt niet zomaar op de leem gaan stuken, het moet ergens aan kunnen hechten. En een echte stukadoor gebruikt hier van dat blauwe gaas. Maar omdat wij maar wa heen frotte, moest er eerst een gipsplaatje tegenaan komen. 


Daar ben ik mee begonnen, maar dat is nou halverwege want toen moesten we alweer terug naar Nederland. Het was kort maar krachtig en we hebben genoten!

En over un por weeku  ziemme mar wir wijer wamme gedôn kunne krijgen.
En een paar weken zien we wel wat we allemaal kunnen doen.

Groetjes, Marti








1 opmerking:

  1. Hallo Marti,

    Ik ben via de site 'Nieuws uit Hongarije' op jouw blog terecht gekomen en lees daar wat onvervalst Brabantse zinnen. Leuk want wij wonen in Berlicum (bij den Bosch) en hebben een huisje in Varong, niet zo ver van Igal. Ok wij hebbe dur alted veul zin in um wer nor Hongarije te goan. In dit geval de hele maand mei. Dat kan langer als voorgaande jaren omdat we beiden (mijn vrouw Riny en ik) vanaf 1 mei met pensioen zijn!

    Groeten en veel plezier in Torvaj!
    Albert Zomers

    BeantwoordenVerwijderen