Ja nu is het er prachtig weer, maar toen wij in Torvaj waren was
het echt heel wisselvallig weer. De ene dag was het echt warm weer en de
volgende dag was het ijskoud! Toen wij er net waren was het veels te koud om
buiten te werken, dus ging ik binnen verder met het badkamertje. Ik was daar
aan het werken met een lange broek, een trui en daarover een vest. En dan had
ik ook de gaskachel nog aan.
Maar dat komt ook omdat het gastenverblijf achter
helemaal in de heuvel staat en aan de voorkant zijn de muren bijna een meter
dik. Dus de kou blijft daar lang hangen. Naargelang de dagen verstreken kon het
kacheltje steeds sneller uit, de vest en trui maakten plaats voor een shirt. En
dat werkt toch een stuk gemakkelijker.
Op deze foto kun je zien dat er nog volop wordt gestookt
binnen, want je ziet de rook hangen boven de huizen.
Ja dat is zo mooi in deze tijd van het jaar, de mooie
gele glooiende koolzaad velden. Het blijft een prachtig gezicht en ik moet dan
ook weer foto’s maken…
We mochten ook dit jaar weer mee naar de ambassade in
Budapest, ter ere van Koningsdag. Vorig jaar waren we er ook en toen was het
warm, heel warm. We zochten toen wat beschutting tegen de zon en gingen in de
tent staan die geen zijkanten had, zodat het er lekker onderdoor waaide. Nu was
het overdag slechts 6 graden! Dus ook dit jaar zochten bij de beschutting van
de tent op, maar nu tegen de kou. De zijkanten zaten er nu gelukkig wel in en
er stonden ook gaskachels. Daar stonden wij, zo dicht mogelijk bij een kachel,
met onze jassen aan. Het was leuk, maar potverdorie, wat was het koud. We
hielden het dan ook niet zo lang vol en waren blij dat we in de warme auto
zaten.
Maar 2 dagen hiervoor was het dus echt mooi weer. We dachten,
we gaan eens lekker bij Puli eten. Maar helaas, daar was het vol. Vol. Dat hebben
we nog ooit meegemaakt. Achteraf bleek dat in dat weekend veel Hongaren feest
hadden omdat veel kinderen geslaagd waren voor school. En dan gaan ze dus lekker
uit eten. Toen we daar dus niet terecht konden, dachten we: we rijden gewoon richting
Balaton en dan komen we vanzelf iets tegen. Zo kwamen we in het dorpje Pusztaszemes
terecht. Daar is een restaurantje waar we zo’n 15 jaar geleden ook ooit geweest
zijn. We besluiten om hier een hapje gaan te eten. Op de veranda staat een
grote biljarttafel. Eromheen zitten allemaal mannen op een stoeltje te kijken
naar 2 mannen die aan het biljarten zijn. Er wordt gezellig gekletst onder het
genot van een biertje of wat sterkers. We kunnen dus niet buiten eten en gaan
naar binnen. Daar heb ik vol zicht in de keuken. En het is zo gezellig om dat
te zien en te horen. Het oude vrouwtje is druk aan het bakken en braden. Het
sist en pruttelt dat het een lieve lust is. De inrichting is echt Hongaars,
gele muren met gouden lampen en dat afgemaakt met plastic bloemen. Even later
komt èèn van de oude mannen van de veranda naar binnen geschuifeld en
overhandigd ons de menukaart. Achter ons zitten nog 3 Nederlanders en we
maakten even een praatje. Ze zeggen dat je hier lekker kunt eten. Dan gaat de
toeter want het eten voor de andere Nederlanders is klaar. Het mannetje
schuifelt naar het loket waar 3 borden met eten klaarstaan. Hij plaatst 2
borden op zijn arm en de derde houdt hij in hand. En ineens: kadoenk boink
klats. Het mannetje ligt op de grond en naast hem het eten. Hij ligt verdwaasd
te kijken tussen de schnitzels en de friet. Vanuit de keuken komt zijn vrouw
gillend aangerend. Wij helpen de man weer overeind en hij gaat even op een
stoel zitten om bij te komen. Zijn vrouw gaat handveger en blik halen en veegt
alles bij elkaar. Als ze alles in de vuilnisbak heeft gekieperd gaat het
schouwspel van bakken, braden, sissen en pruttelen weer opnieuw beginnen. Als
het mannetje weer een beetje bij zijn positieven is, komt hij zijn
verontschuldigingen aanbieden. Omdat we nu wat langer op ons eten moeten
wachten… Och die arme mensjes, wat maakt ons het toch uit. Ik heb zo met ze te
doen… Als het eten klaar is gaat er geen toeter, want de vrouw brengt het eten
zelf naar de gasten toe. We hadden overigens lekker gegeten.
In de winter hadden we een tuinhuisje uit Nederland
meegenomen en dat willen we nu gaan opbouwen. Het is de bedoeling dat het bij
het zwembad komt te staan en dan gaat het als schuurtje dienen. Alle tuinstoelen
en tafels staan nu nog in het gastenverblijf, maar dat moet onderhand
leeggehaald worden, zodat we daar verder kunnen gaan. Dus nadat we het erover
eens zijn waar het moet komen te staan, gaan we het met paaltjes en lint
uitzetten. En het is vandaag weer heel koud, het waait zo hard over de heuvel.
Maar het moet toch gebeuren…
Want de volgende dag komt er werkvolk om het uit te
graven en om de betonnen vloer te storten. We hebben besloten om het in 2
verschillende hoogtes te maken. De grond loopt ook daar schuin omhoog, dus je
moet creatief zijn oplossingen. Ze zijn met zijn 3-en dus dat schiet lekker op.
2 dagen later wordt er cement en zand geleverd en kunnen
ze beginnen met het storten van de vloer.
Dezelfde dag komen ook de mannen van de zeilmakerij langs
om het zwembad te maken. Eindelijk! Maar ze hebben nu wel een probleem, want
aan de ene kant kunnen ze er bijna niet bij omdat daar de vloer gestort wordt. Stiekem
lach ik in mijn vuistje… Het water is nog ijskoud, dus als hij erin moet omdat
hij er anders niet bij kan….. Maar dat is niet gebeurt en de gaten zijn
gedicht. Een paar dagen dringt het tot mij door dat ze het niet goed gedaan
hebben. Ze hebben de liner aan de stalen wand geplakt, dus je kunt er vergif op
innemen dat het weer gaat scheuren, Maar ik wil ze niet meer zien, ik kan het
zelf ook wel repareren. Het ziet er trouwens ook niet uit, zoals zij het gedaan
hebben.
Omdat het dak van de wijnkelder nu echt bijna op
instorten staat hebben we besloten om dat nu ook te laten maken. En dat
betekent dat er een compleet nieuw dak op moet. Nieuwe draagbalken, panlatten
en dakpannen. Maar omdat we liever geen nieuwe dakpannen willen, omdat we dat
niet mooi vinden, ga ik op Jófogás op zoek naar tetöcserép. Daar staan er verschillende op en al gauw vind ik
er genoeg bij iemand in Siófok. Kijk dat is nog te doen. Maar omdat de verkoper
alleen Hongaars spreekt en ik maar een klein beetje verloopt de communicatie
een beetje lastig. Ik denk dat we die middag om 14:00 uur in Siófok moeten zijn
om de dakpannen op te halen. Maar de man zegt dat hij naar ons komt. Wooow denken
wij, hij komt ze hier afleveren, nog gemakkelijker. Dus wij verwachten die
middag een aanhanger of misschien zelfs een vrachtwagentje. Maar opeens komt daar
een mooie glimmende auto aangereden die onder aan de heuvel stopt. Er stapt een
man uit, hij komt de trap op en stelt zicht voor. Hij vraagt of wij op zoek
zijn naar dakpannen. Ik snap er niks meer van. Dan zegt hij dat we mee naar
zijn auto moeten lopen. Daar doet hij de achterklep open en daar liggen
verschillende soorten dakpannen. Maar het zijn er geen 300. Ik snap het nog
steeds niet. We moeten uitkiezen welke we willen hebben. Als we dat gedaan
hebben zegt hij tegen Mario dat hij mee moet gaan om de dakpannen op te halen. Want
ik heb die middag met Martine afgesproken om samen naar de kringloopwinkel in
Tamasi te gaan. Het is die dag echt prachtig weer en jolig gaan we op stap. We kletsen
er gezellig op los en ik geniet van het uitzicht. Als we na een half uurtje bij
de kringloop aankomen, blijkt dat hij gesloten is. Grrrrrr. Wat jammer. Dus om
ons leed te verzachten gaan we een kopje thee drinken met een lekker gebakje
erbij. We sluiten het af met een ijsje. Ik hoor mijn vader al zeggen: hoe word
je dik.
Als
ik weer thuiskom, gaat Mario net de laatste lading dakpannen ophalen. Wat blijkt
nu, de man woont wel in Siófok, maar heeft een huis gekocht in een dorpje
dichtbij ons. Dit huis is zo slecht dat hij heeft besloten om het af te breken
en wat bouwmaterialen te verkopen. Slim hè? Wij zijn er in ieder geval heel
blij mee, want we hebben nu de dakpannen die we mooi vinden voor maar 30 cent
per stuk. Hij blij, wij blij.
Omdat de schuinte van het oude dak niet goed is moet er
eerst een nieuw laag muurtje opgetrokken worden. Als dat klaar is moet het oude
dak verwijderd worden. En dat vind ik best een beetje spannend. Want er zou er
maar eentje naar beneden vallen…
Hierna kan het opbouwen dan beginnen.
Zo was het dak eerst
En hier is het bijna klaar
Heel verschil hé?
Nou ik vind dat mijn verhaal nu lang genoeg is, de
volgende keer vertel ik over de rest van deze werkvakantie.
Groetjes, Marti